Elk boek begint met een idee. Dat kan van alles zijn en op elk willekeurig moment mijn brein betreden. Soms is het een enkele zin uit een liedje, een personage uit een film, waar ik een eigen verhaal bij bedenk, of een situatie uit mijn eigen leven.
Het plot
Voordat ik begin met schrijven, zet ik altijd een aantal belangrijke gebeurtenissen op een rij, omschrijf ik de karakters van mijn personages en de onderlinge relaties ertussen. Tegenwoordig probeer ik het plot van tevoren al iets uitgebreider op papier te zetten, omdat de verhaallijnen die ik nu schrijf wat ingewikkelder zijn dan vroeger, en dus meer planning vergen. Het schrijven zelf verloopt altijd anders, maar meestal probeer ik het verhaal van begin tot eind te schrijven, zonder tussen stukken te springen. Als ik eerst alleen de stukken schrijf waar ik veel zin in heb, kan ik er gif op innemen dat de andere stukken niet af komen. Als de eerste versie klaar is, kijk ik er zelf nog eens kritisch naar (zo’n drie of vier keer) voordat ik het eindelijk aan iemand anders laat lezen.
Alpha en beta
Niet schrikken, er komt geen wiskunde te pas aan dit stuk. Maar wel de verschillende soorten lezers waar ik “gebruik van maak”:
- Alpha-lezer: iemand die ik vertrouw om kritisch en eerlijk te zijn over het werk, maar de feedback ook op een aardige manier zal brengen. Dit is de eerste lezer van mijn verhalen. Aan de hand van opmerkingen van mijn alpha-lezer, zijn er ongetwijfeld weer zaken die ik wil aanpassen, dus deze fase wordt altijd gevolgd door een herschrijfronde.
- Beta-lezers: meerdere lezers die het werk doorlezen. Ik probeer zelf altijd zo’n 15-20 man hiervoor te vragen, met verschillende leeftijden. Voor mij gaat het in deze fase meer om de kwantiteit, om te zien of personages bijvoorbeeld goed overkomen, of het verhaal goed loopt en of dialogen geloofwaardig gevonden worden. Het doel van deze fase is om zoveel mogelijk fouten uit het verhaal te halen en een inschatting te krijgen van de manier waarop het verhaal op lezers overkomt. Uiteraard volgt ook op deze fase een herschrijfronde.
Deze twee soorten lezers letten niet op spel-, grammatica- of taalfouten. Er wordt puur gekeken naar de inhoud, om te zorgen dat alles verhaaltechnisch klopt. Dat is ook de reden dat deze fases het beste kunnen gebeuren voor de professionele redactie. Het zou zonde zijn alles te laten redigeren, om vervolgens nog dingen aan te moeten passen.
Iets uitgeven in eigen beheer, betekent niet dat je het alleen moet doen.
Redactie
Het wordt overal benadrukt en ik ben het er mee eens. Het belang van een professionele redacteur. Het is zo zonde als je een parel van een verhaal hebt geschreven en mensen negatieve recensies schrijven, omdat het volstaat met spel- of taalfouten. Of dat er dingen niet kloppen in het plot. Of dat de personages niet overkomen zoals ze bedoeld waren. Dit en meer is waar een redacteur naar kijkt en ik denk dat als je op lange termijn iets met schrijven wilt (blijven) doen, je het vanaf het begin af aan goed aan moet pakken.
Correctie
Tevens zou je na het redactieproces nog iemand kunnen inhuren voor het correctiewerk. Hier gaat het echt om de kleine fouten, zoals spel- of grammaticafouten. Tevens kan deze persoon zorgen dat alle pagina’s goed opgemaakt zijn en dus klaar voor de drukker. Zelf probeer ik ongeveer deze stappen aan te houden. Het allerbelangrijkste vind ik dat je niet alleen zelf je verhaal leest en het vervolgens meteen publiceert. Hoe goed je ook bent, er zullen fouten in staan en alleen andere ogen kunnen die op een gegeven moment nog zien.